Vanaf 1 januari 2026 komt er in de personenbelasting een meerwaardebelasting op financiële activa. In de vennootschapsbelasting wijzigt er niets. De aangekondigde maatregelen zijn nog niet definitief en kunnen mogelijks nog wijzigen. Onze info is dus voorlopig nog onder voorbehoud.

Drie verschillende categorieën

1. Interne meerwaarde

Wie zijn eigen aandelen verkoopt aan een holding waarin men zelf over controle beschikt, die zal in de toekomst 33% betalen op de meerwaarde. Vandaag tracht de fiscus ook die meerwaarde te belasten, omdat dit geen gewoon beheer is van het privé-patrimonium, maar dit geeft vaak aanleiding tot discussie. De fiscus wil nu zijn standpunt vertalen in een nieuwe wetgeving.

2. Aanmerkelijk belang

Voor natuurlijke personen die ten minste 20% van de aandelen van een vennootschap bezitten, is er een aparte regeling. Daarbij is de eerste schijf van de meerwaarde van 1.000.000 euro vrijgesteld. Je geniet deze vrijstelling wel slechts 1 keer om de vijf jaar. 

De schijven zijn progressief als volgt:

1 tot 2,5 miljoen €: 1,25%
2,5 tot 5 miljoen €: 2,50 %
5 tot 10 miljoen €: 5,00%
Boven 10 miljoen €: 10,00%

3. Meerwaarden: restcategorie 

Indien u minder dan 20% van de aandelen van een vennootschap bezit, valt de meerwaarde onder het tarief van 10%, met een vrijgestelde schijf van 10.000 € per jaar. Als u in een bepaald jaar geen vrijstelling inroept, wordt 1.000 € van die vrijstelling doorgeschoven naar het volgende jaar. Indien u echter na 6 jaar nog steeds de vrijstelling niet hebt kunnen toepassen wordt het bedrag echter niet verder verhoogt met 1.000 €. Zodoende zal de vrijstelling maximaal 15.000 € bedragen.

Welke meerwaarden

Niet enkel aandelen worden geviseerd. Ook overdrachten van rechten in beleggingsfondsen (ETF’s), opties, futures, swaps, termijncontracten, monetair goud, valuta en crypto-activa vallen onder deze heffing.

De meerwaarde wordt berekend als het verschil tussen de verkoopprijs die u realiseert ná 01/01/2026, en de waarde van die financiële activa op 01/01/2026. 

Historische meerwaarden die u hebt opgebouwd of gerealiseerd tot 31/12/2025 blijven dus buiten schot. 

Indien u uiterlijk 31/12/2030 verkoopt, en u kan een hogere werkelijke aanschaffingswaarde aantonen dan de waarde per 01/01/2026, dan geldt die waarde als vertrekpunt voor de berekening.

Voor niet-genoteerde aandelen voorziet de wet in een forfaitaire waardebepaling: het eigen vermogen, verhoogd met vier keer de EBITDA van het laatste boekjaar afgesloten voor 01/01/2026. In vele vennootschappen is dit een erg pessimistische waardering. Bent u niet tevreden met deze forfaitaire waardebepaling, dan kan u de waarde per 31/12/2025 ook laten vaststellen door een onafhankelijke accountant of bedrijfsrevisor. Die waardering dient dan wel uiterlijk 31/12/2026 plaats te vinden.

Minderwaarden

Sommige aandelen stijgen in waarde. Andere dalen. Minderwaarden zullen enkel verrekenbaar zijn binnen dezelfde categorie van meerwaarden. Tevens zullen gerealiseerde minderwaarden niet overdraagbaar zijn naar volgende belastbare tijdperken.

Voorheffing

Verhandelt u uw financiële activa via een financiële instelling, dan zal uw bank in beginsel een (bevrijdende) roerende voorheffing van 10% inhouden op elke verkoop binnen de derde categorie van meerwaarden. Zij zullen geen rekening houden met de vrijgestelde eerste schijf, of met minderwaarden die u realiseert. De voorheffing zal ook niet van toepassing zijn op cryptoactiva of valuta. Vaak ontbreekt ook info over een mogelijke hogere historische aanschaffingsprijs.

Als belastingplichtige heeft u ook de mogelijkheid om een ‘opt-out’ kenbaar te maken aan uw bank. De bank zal dan geen roerende voorheffing inhouden. U draagt dan zelf de verantwoordelijkheid voor een correcte aangifte in de personenbelasting.

U heeft er dus alle belang bij om de info van alle verrichtingen goed bij te houden, om de te veel ingehouden voorheffing te kunnen terugvragen via uw aangifte personenbelasting. Voor meerwaarden waar uw bankier niet tussenkwam, zal de belasting sowieso via uw aangifte moeten afgerekend worden.

Voor verdere vragen over de meerwaardebelasting of over de waardebepaling van uw eigen vennootschap, kunt u terecht bij uw Accountancy Advisor